De Euro-M.A.R.S.-habitat
Het
European Mars Analogue
Research Station is een samenwerkingsproject tussen een aantal Europese
Mars Society-afdelingen. In het station zal, in een op Mars gelijkende locatie
op Aarde, onderzoek gedaan worden ten behoeve van toekomstige bemande missies
naar de Rode Planeet. Het belangrijkste onderdeel van het onderzoekstation
is een woonwerkverblijf, de habitat of hab.
Bij het Euro.M.A.R.S-project zijn vijf architecten
betrokken uit verschillende Europese landen: Klaus Totzek (Frankfurt), Pierre
Brulhet en Olivier Walter (Parijs), Frans Blok (Rotterdam) en Giorgio Gaviraghi
(Milaan). Constructeur is Frank Schubert (Denver). Het architectenteam
kreeg ondersteuning en feedback van een groep van ongeveer tien Mars
Society-leden, ieder met eigen expertise op verschillende relevante
vakgebieden.
Veel van de discussies over het ontwerp vonden
plaats via een smartgroup op internet. Daarnaast waren er workshops in Rotterdam,
Frankfurt en Parijs en was er een stage in het Mars Desert Research Station
van de Mars Society in Utah.
De ambitie van het ontwerpteam was een woon- en
werkomgeving te maken die de werkelijkheid van een bemande Marsmissie zo
dicht mogelijk benadert. Als richtlijn voor afmetingen en inrichting van
ruimtes werd de Design Reference Mission van de NASA gehanteerd.
hogere resolutie
(voor dit plaatje heb je een
3d-bril nodig)
Slechts op details is, uit economische of praktische
overwegingen, afgeweken van dit uitgangspunt. Een voorbeeld daarvan vormen
de eisen van brandveiligheid; die zijn op Mars volkomen anders dan op Aarde.
Als tijdens een gesimuleerde Mars-missie op IJsland brand uitbreekt zal iedereen
zo snel mogelijk de hab willen verlaten; op Mars is dat uiteraard geen optie;
daar is compartimentering de enige strategie tegen brand.
Veel aandacht is besteed aan privacy en andere
psychologische aspecten. Tijdens een echte Marsmissie zijn de zes astronauten
meer dan twee jaar lang op elkaar aangewezen; de mogelijkheden de hab te
verlaten zijn zeer beperkt. Wanneer de bemanning geen mogelijkheden heeft
zich van tijd tot tijd af te zonderen kan dat de onderlinge verhoudingen
ernstig verstoren en daarmee de missie in gevaar brengen.
De soepblikvorm van de habitat is een compromis
tussen enerzijds de wens het grensvlak tussen binnen en buiten te minimaliseren
en anderzijds de noodzaak rechte vloeren en wanden te maken. De hoogte en
de diameter van de habitat zijn beide ruim acht meter.
De onderste verdieping is bestemd als werkruimte.
Hier bevinden zich twee laboratoria voor geologisch en biologisch onderzoek
en een werkplaats voor reparaties en andere werkzaamheden. Verder is op deze
laag de kleedruimte voor wandelingen op het Mars-oppervlak, dat toegankelijk
is via twee luchtsluizen. Het materiaalgebruik is hier functioneel: vloeren
van traanplaat; wanden van kunststof of aluminium.
Op de middelste verdieping bevinden zich woonvertrekken
als woonkamer, keuken, badkamer en fitnessruimte. De wand tussen fitness
en voedselopslag is flexibel: naarmate de reis vordert en steeds meer voedsel
opgegeten wordt, neemt de leefruimte toe. Een deel van de verdieping is omgeven
door extra dikke, met water gevulde wanden. Dit is de plaats waar de bemanning
schuilt tegen straling veroorzaakt door incidentele uitbarstingen op de zon;
in rustiger tijden is deze stormshelter in gebruik als communicatieruimte
voor onder andere contact met de Aarde of met astronauten op excursie.
Het materiaalgebruik op dit niveau is huiselijk,
het kleurgebruik refereert aan "Aardse" tinten: wolken, lucht,
vegetatie.
De bovenste verdieping, onder de koepel, bevat
naast technische ruimte zes prive-cabines. In alle cabines bevinden zich
een bed, een werkplek en opslagruimte; iedere cabine wordt anders ingericht
om te onderzoeken welke opzet het beste werkt.
De ruwbouw van de habitat werd in de zomer van
2002 tentoongesteld bij het Adler Planetarium in Chicagon. In 2004 zal de
hab geplaatst en verder afgewerkt worden op een "Mars-analoge" locatie bij
de Krafla-vulkaan in het noordoosten van IJsland.
laatste wijziging: 17 oktober 2003