Mars: een kosmische Bermuda-driehoek?
Tweederde van alle Marsmissies is mislukt; in de
meeste berichten over Mars Express, Beagle2 en Spirit werd Mars gepresenteerd
als een soort zwart gat waar Aardse ruimtevaartuigen vrijwel kansloos
verdwijnen. Maar kloppen die angstaanjagende
statistieken wel? Wie de feiten nuchter bekijkt komt tot de conclusie dat
de media hier en daar naar boven afronden.
Er zijn sinds 1960 in totaal 40 landers en satellieten
naar de Rode Planeet gestuurd. Van een daarvan, de Europese Beagle 2, is
het lot nog onbekend. Een andere, de Amerikaanse Opportunity, komt pas eind
januari bij Mars aan. Van de overige 38 projecten zijn er 21 mislukt en 14
geslaagd. Drie Russische sondes gaven de geest tijdens het uitvoeren van
hun taak, maar leverden niettemin foto's of andere zinnige gegevens op. 21
mislukkingen op 40 Marsmissies; het gaat dus om net iets meer dan de helft
in plaats van tweederde.
De sombere statistiek kan nog verder bijgesteld
worden als we de mislukkingen nader bekijken. Veel van de onfortuinlijke
projecten vonden plaats in de prille beginjaren van de ruimtevaart. De Sovjet
Unie lanceerde bijvoorbeeld in 1960 en 1962 vijf ruimtevaartuigen naar Mars.
Twee kwamen er nauwelijks van de grond, twee andere haalden net een baan
om de Aarde, en slechts een kwam halverwege de planeet van bestemming. Maar
nog geen vijf jaar eerder was Sputnik, de eerste kunstmaan, gelanceerd. Het
is bijna onvoorstelbaar dat de pioniers van die tijd meteen wilden doorstoten
naar Mars. Ze wilden in feite dansen voor ze konden lopen. Het is niet zo
vreemd dat dat niet meteen lukte.
Rusland had door de jaren heen erg veel pech met
zijn Marsprogramma. Van de 18 lanceringen mislukten er 14; 11 daarvan vonden
plaats in de jaren zestig en de vroege jaren zeventig. Inmiddels hebben de
Russen, door stug door te gaan met hun no-nonsense benadering van de ruimtevaart,
een uitstekende reputatie opgebouwd. Daarvan getuigt onder andere de succesvolle
lancering, eerder dit jaar, van de Europese Mars Express, vanaf de basis
Bajkonur. Maar helaas heeft Moskou momenteel geen geld voor eigen
Marsmissies.
Ook Japan heeft tot nu toe geen
geluk. Na een heroische tocht van zes jaar moest de Nozomi onlangs opgeven
in het zicht van de haven. Van de twee Europese missies lijkt de Mars Express
zeer succesvol te gaan worden.
Van de Amerikaanse missies loopt gemiddeld tweederde
goed af: 12 van de 18, met een 19de sonde nog onderweg. Bij de geslaagde
missies waren onder andere Mariner 9, de eerste satelliet die Mars uitgebreid
fotografeerde, Viking 1 en 2, de eerste succesvolle landingen op de Rode
planeet, Pathfinder, met als noviteit een voorloper van de huidige rover
Spirit, Mars Global Surveyor, die al zes jaar gegevens overzend vanuit zijn
omloopbaan en Mars Odyssey, die grote hoeveelheden waterijs aantoonde onder
het oppervlak van Mars.
Desondanks blijft het sturen van onbemande sondes naar
Mars, of welke andere planeet dan ook, een uiterst ingewikkelde zaak. Om
een beeld te krijgen van de schaal van het zonnestelsel is het aan te raden
een eurocent en een munt van twee euro uit de portemonnee te pakken. De Aarde
is de twee euro-munt, Mars is de cent; op het meest gunstige moment staan
de twee munten 150 meter uit elkaar. Een ieder die wel eens geprobeerd heeft
op 150 meter afstand een bewegende eurocent te raken, kan zich enigszins
voorstellen hoe moeilijk het is een ruimtevaartuig in de juiste baan om Mars
te krijgen.
Om het nog moeilijker te maken doen radiogolven
er, net als het licht, tien minuten over om van de Aarde naar Mars te reizen.
Op afstand besturen is dus niet mogelijk, alles moet van te voren geprogrammeerd
worden. In feite is het simpeler een bemand ruimteschip te laten landen op
een andere planeet dan een onbemande lander. Een goede piloot kan zijn
landingsvaartuig neerzetten op het topje van een berg of aan de rand van
een diepe afgrond, terwijl voor een onbemande sonde een vlak gebied ter grootte
van Nederland uitgezocht moet worden, om de risico's te minimaliseren.
Een doos met instrumenten parkeren op Mars is dus
niet eenvoudig. Maar, zoals John F. Kennedy al in 1961, dit soort dingen
doen we niet omdat ze makkelijk zijn maar juist omdat ze moeilijk zijn. En
dat dat op den duur resultaten oplevert bewijzen de statistieken. Er is veel
geleerd sinds begin jaren zestig de een na de andere poging mislukte. Dat
tonen de drie succesvolle satellieten bij Mars en die ene lander op de planeet
wel aan. Iedere nieuwe aankomst blijft spannend, maar Mars is zeker niet
de kosmische Bermude-driehoek die sommigen er van maken.
laatste wijziging: 8 januari 2004