Atlantis, de laatste reis

Het is nat hier en heet. Erg nat al de hele donderdag. Toen ik woensdag aankwam was het alleen maar vochtig heet, maar donderdagmorgen vroeg (5.30 uur), terwijl ik op weg was naar Cocoa Beach / Merrit Island begon het te regenen en dat bleef het de hele dag doen. Zo nu en dan was het even droog. Als we boften was dat dan net op het moment dat wij, een groep van 41 ‘special guests’ (dat stond er op onze kaartjes), uit de bus stapten. Of niet natuurlijk, dat kwam ook voor. De hele donderdag worden wij rondgeleid in gebouwen die de Shuttle onderhouden of onderdelen daarvoor maken. Ik ben blij dat ik deze rondleiding krijg. Spoedig zal dit allemaal niet meer te zien zijn. Een laatste kans, die ik nog net gekregen heb.

Hoe begon dit avontuur?
In april had ik een conferentie in Washington DC georganiseerd over ISS & Mars. De achtergrond daarvan is dat nu het ISS eindelijk afgebouwd is het ook zaak is er zo optimaal mogelijk gebruik van te maken voor de ruimtevaart. In november vorig jaar had Explore Mars (waarvan ik de voorzitter en een van de directeuren ben) de vraag gesteld aan een panel van deskundigen of het ISS ook aangewend kon worden om missies naar Mars te trainen of anderszins voor te bereiden. Wij dachten dat het antwoord waarschijnlijk nee was, maar daarin bleken wij ons te vergissen. Mars & ISS gaat juist heel goed samen zo verzekerden ons alle partijen (NASA, ruimtevaartbedrijven als Lockheed, Boeing, Aerojet). Kortom, tot onze verbazing en verrukking zal het ISS in de nabije toekomst gebruikt worden om bemande missies naar Mars voor te bereiden. Mooi, want daarmee is Mars ook meteen weer op de ruimtevaartkaart gezet. Maar wat heeft dit nu te maken met mijn reis naar hier?

Atlantis op de launchpad.

Wel, de ‘deputy’ van het ISS, Sam Scimemi, heeft er voor gezorgd dat ik tijdens de lancering van de laatste shuttle, Atlantis, aanwezig kan zijn, als gast van NASA: launch guest.

Gisteren vloog ik daarom van Amsterdam via Boston naar Orlando. Haalde mijn auto op (en ruilde die nog flux voor een kleine SUV, want ik moest op gras gaan parkeren in Cape Canaveral en je weet maar nooit hoe onbegaanbaar die plek is), checkte in bij het Best Western Lake Buena Vista (in Disney World), in een kamer met uitzicht op, in de verte, Epcot, en dichtbij, Downtown Disney, en deed vervolgens boodschappen bij de Walmart op Palm Parkway. Ik ben inmiddels in dit deel van Orlano en Lake Buena Vista zo vaak geweest, dat ik de winkels blind kan vinden. En als je moe aankomt in een stad is dat wel heel erg handig, want zo had ik toch binnen de korste keren melk, eieren, tomaten, groene paprika’s, fruit, pakjes noodles, en humus. En kan ik me dus tot ik maandagochtend weg ga prima redden zonder junk food te hoeven eten. Zeker nu ik vanavond voor in de noodle soep nog even een bosje korianderblad en 10 lenteuitjes heb gekocht. De soep net was zeer smakelijk en gezond.

Vroeg naar bed en vroeg op. Dat is wel het gevolg van hier in Orlando verblijven in plaats van ergens op Cape Canaveral. Dus op vrijdag om 3.30 uur in de auto gestapt op weg naar de Country Inn & Suites alwaar ik om 7.00 uur wordt opgepikt voor mijn trip naar KSC. Zo vroeg, omdat men verwacht dat er wel een miljoen mensen op deze laatste shuttle launch afkomen en daar moet ik bij het binnenrijden over de laatste 15 kilometer echt rekening mee houden. Ik heb nog wel even het vuurwerk op EPCOT meegenomen voor ik ging slapen, want dat kon ik toch even niet laten.

Mijn rit naar Cape Canaveral verloopt voorspoedig. Het is wel al heel druk op de weg om 4 uur in de ochtend. Stel je hierbij de A13 voor net voor de echte avondspits begint. Iedereen rijdt hard richting kust. Zonder oponthoud, ook niet van de tolplaza’s waar ik doorheen moet op deze Beeline Expressway (528) arriveer ik bij de Country Inn op 9009 Astronaut Boulevard. Hoe passend dat adres. Ik had wel het kleingeld voor iedere tol al gepast naast me in de auto liggen. Dat zouden meer mensen moeten doen, want sommige automobilisten moeten wel erg diep zoeken voor ze de $1,25 of $1,50 kunnen overhandigen.

Omdat ik wederom een goed uur na mijn vertrek uit Orlando arriveer ga ik maar een paar uur in de auto liggen slapen. Ik zet mijn telefoon, want dan verslaap ik mij niet. Dit klinkt allemaal wel vroeg, maar het is hier in Florida 6 uur later dan in Nederland, dus eigenlijk ga ik liggen uitslapen, want half 4 was in feite half 10 in de ochtend. En dat kan je toch niet vroeg noemen.

Sam Scimemi levert om half 7 zijn zoon Aras af, waarmee ik vandaag optrek. Aras en ik blijken allebei fervente lezers te zijn en we kunnen het daarmee al snel goed vinden. Na een hoop heen en weer geloop, omdat er 5 bussen met gasten vertrekken naar Banana Creek waar we de lancering gaan bijwonen, gaan we eindelijk op weg naar Kennedy Space Center. Al snel kruipen we voort in een lange sliert van bussen en auto’s. De belangstelling is overduidelijk zeer groot. Onze reis van een kilometer of 15 duurt meer dan een uur en dat is nog niks vergeleken met de terugtocht s middags waarbij we 2.30 uur doen over de laatste 8 kilometer.

Vier lange rijen bussen worden geparkeerd op de weg voor het Saturnus 5 gebouw. Ik schat dat er zeker 3000 genodigden zijn bij deze laatste lancering. En er is ergens anders op het terrein van KSC nog een ‘viewing area’. We hebben nog een uur of 3 te gaan voor de feitelijke lancering en het weer ziet er nog steeds niet goed uit. Overal bewolking, weliswaar geen zwarte wolken, maar vrijwel nergens een stukje blauwe hemel. Het wordt wachten hangend tussen vrees en hoop, of de 70% kans op geen lancering een 100% afgelasting wordt. Ondertussen gaan Aras in ik het Saturnus gebouw binnen want Aras wil een souvenier kopen van deze lancering. En hij is niet de enige: lange slierten mensen staan tot ver buiten de winkel ‘the right stuff’ voor de kassa en verder worden de tafels met t-shirts en petten aangevallen alsof het de uitverkoop is. Aras koopt zijn t-shirt en zijn herdenkingsmunt en ik koop wat NASA geëmailleerde pinnen met de ‘meatball’ zoals men hier het NASA embleem noemt. Met nog steeds 90 minuten te gaan beklimmen Aras en ik de tribune. Ik had een lege plek ontwaard hoog op de overigens volle tribune en ik ga nu brutaal vragen of die plek bezet is. Hij is niet bezet, dus het feit dat er geen kleding of iets dergelijks op lag om hem bezet te houden, had ik goed geïnterpreteerd. Aras en ik zitten fantastisch. Recht voor de shuttle die op launchpad 39A gereed staat. Grote klokken op het gras voor het water van Banana Creek (stel je een flink meer voor groter dan de Kralingse Plas) geven het aftellen aan. Niet de feitelijk nog te wachten tijd, maar het moment in de aftel procedure van controles die mensen en machines uitvoeren voor een lancering. Wanneer de meeste controles zijn uitgevoerd, wordt de klok 3 kwartier stil gezet op 30 minuten.

Het weer ziet er nog steeds maar zo zo uit, maar de NASA bazen die op de tribune naast ons hun gasten hebben zitten en die ook nog even langskomen om ons toe te spreken blijven bevestigen dat de lancering nog steeds een ‘go’ is. Van Charles Bolden (de huidige NASA administrator) tot de bazen van KS en JSC in Houston. Alles gaat goed. Met de lancering wel, ja, maar natuurlijk een stuk minder voor de duizenden NASA medewerkers die de shuttles in en uit elkaar sleutelen voor iedere missie, want die verliezen uiterlijk 9 augustus allemaal hun baan. Een baan die voor hen veel meer dan een baan was, meer een levensvervulling, als ik dat mag baseren op de mensen die mij donderdag soms met tranen in hun ogen hebben rondgeleid in de shuttle gebouwen. Die tranen golden niet zozeer hun verlies van een baan, maar veelmeer het verlies van hun ‘kindje’ want dat de medewerkers van hun shuttles houden (ieder team heeft zijn eigen shuttle te onderhouden), dat is overduidelijk.

Gisteren was ik in al het heilige der heilige. In de VAB en in de andere shuttle onderhouds gebouwen (ik zal jullie alle afkortingen besparen). En ja, de VAB, waar de shuttle aan de brandstoftanks wordt gezet is groot en heel erg hoog, maar de shuttle zelf, wanneer ik onder de Endeavour door loop in een ander gebouw is eigenlijk helemaal niet zo groot. Flinke wielen hangen naast me, maar de buik van dit ruimteveer is niet zo breed als zij in mijn gedachten blijkbaar altijd is geweest. Ik kijk naar de honderden tegeltjes van het hitteschild. Bijna allemaal anders van formaat, uniek en kwetsbaar. De buik die het leven van 7 astronauten kostte, en besef dat het hoogste technologische kunnen van ons mensen nog steeds niet goed genoeg is om ‘Star Trek Enterprise’ spoedig mogelijk te maken. Zo onder die buik vraag ik me af of we ooit in staat zullen zijn om ruimteschepen in het heelal te bouwen om daarmee naar Mars en verder te reizen. Zouden mensen zich dit ook hebben afgevraagd honderd jaar geleden bij het zien van de eerste vliegtuigen? Waarschijnlijk wel.

Terug naar de lancering: een half uur voor de lancering breekt de zon plotseling door de wolken. En verbrand ik in mijn gezicht, want zon in Florida is heet. Ik krijg zonnecreme aangereikt van de mevrouw achter me, en een paraplu om me tegen de zon te beschermen van de dames voor me. Allemaal vreemden van mij, maar in deze mensenmassa van gelijkgestemden allemaal instant familie. Ondertussen zit ik te wachten op het telefoontje van Radio Rijnmond. Ik heb hen proberen te bellen, maar met al die duizenden mensen hier in het natuurreservaat Merrit Island is de communicatie toren al snel overbelast. Niemand van ons kan bellen, we kunnen hoogstens gebeld worden. Dus ik wacht.

De klok is weer gaan lopen onder luid gejuich. Het weer is goed genoeg, de lancering gaat door. Er zijn sektes die geloven dat als er maar genoeg mensen tegelijk ergens om bidden zij de werkelijkheid kunnen dwingen. Blijkbaar zijn ruim een miljoen mensen die vurig om droog weer bidden genoeg om de regen weg te houden voor nu. We bereiken de 9 minuten grens van de klok en hij wordt weer stilgezet, want het is nog geen tijd. De shuttle heeft maar een lanceervenster van 4 minuten om exact op het goede moment achter het ISS aan te gaan jagen door de ruimte, zodat het daar na 2 dagen aan kan aankoppelen. Dat is de reden dat men niet even een uurtje op droog weer kan wachten. De lanceertijd is de lanceertijd. Het is dan of die dag niet meer. Ook al omdat de mensen die de lancering moeten leiden en begeleiden anders te moe zouden zijn om afgewogen beslissingen te garanderen.

Wanneer de klok zo weer gaat lopen, hebben de 3 hoofdcomputers van de shuttle het controleren van alle systemen overgenomen van de computers van mission control. In 5 minuten tijd zullen zij beslissen of werkelijk ieder systeem optimaal functioneert. Zo niet dan gaat de lancering niet door, al zou de lucht strakblauw zijn.

De klok begint de 9 minuten weg te tikken. We juichen, we geloven in de shuttle-ingenieurs en onderhoudsmensen. Die computers gaan niks vinden wat het nog tegenhoudt. Nog 1 minuut en Radio Rijnmond belt. Er is herrie om mij heen, ik kan de mensen aan de andere kant nauwelijks verstaan. Iedereen is gaan staan. Dan stopt de klok op 31 seconden. Een luidspreker schalt informatie over het waarom. Ik ben geconcentreerd op wat mijn telefoon zegt en mis de uitleg. Voor Radio Rijnmond vraag ik het even. Het is onzekerheid of een van de zaken die zich terug moeten trekken / los moeten koppelen voor de lancering dat wel gedaan hebben. Later hoor ik dat het om een brandstofslag ging. Ja, die wil je niet aan je raket hebben hangen vanaf het tankstation als je wegrijdt.

De klok gaat weer lopen onder luid gejuich. Vanaf 15 seconden gaan mensen al meetellen, vanaf 10 seconden schreeuwen de toeschouwers de seconden luidkeels mee. Bij 0 zien we wolken van brandstof links en rechts van de shuttle ontstaan. Grote wolken en dan verheft zij zich, eerst aarzelend lijkt het en langzaam, maar dan met kracht en doelgericht. We horen nog steeds niet, maar zien wel het water voor ons al gaan bewegen in onze richting. Een grote zucht beroert het oppervlak. Dan is er ook het gebrul van de motoren bij onze tribunes en even later ook heftige trillingen door onze plaatsen. Voor mij verrijst Atlantis zich richting wolkendek met een heldere vuurzee onderzich. Al snel verdwijnt ze in de wolken, om nog heel even tussen de wolken en even later ook als schaduw zichtbaar te zijn. Net voor zij uit mijn zicht verdween zag ik haar beginnen om te rollen. Een rol die nodig is om straks met haar buik het eerst door de atmosfeer te breken, zodat het hitteschild op haar buik de bescherming kan bieden. Dan is het voorbij. Althans kunnen we niets meer zien van het gebeuren, maar nog wel horen. Door de luidspreker horen we de verschillende stadia van haar 8 minuten reis naar de ruimte afgeroepen worden. MECO (main engine cut off) klinkt en daarmee is Atlantis vrij van de aarde en zeker op weg naar de ruimte en het ISS. Behouden vaart, Atlantis, en een behouden terugkeer.

Voor ons toeschouwers is het over. We worden zo snel als dat gaat naar onze bussen gelokt. Aras vindt onze bus veel sneller dan ik en het lange wachten op en tijdens de terugreis naar het hotel begint. Nog geen 10 minuten na de lancering gaat het regenen. Het doet er niet meer toe, maar het laat wel zien hoe veel geluk we hebben gehad dat de lancering is doorgegaan.
Urenlang schuifelen in een rij van bussen en buiten KSC in een rij van bussen en auto’s richting Cape Canaveral, richting de rijksweg. Onderweg zien we nog een creatieve man in pak op een skateboard langs ons stuiven. Dat gaat inderdaad een stuk sneller dan onze bus. Wel jammer dat hij even later een bekeuring krijgt van een langs-krijsende politieauto.

Ik zet Aras af bij zijn vader in een hotel 10 kilometer verderop. Ook die kilometers worden gekropen buiten het stukje waar Aras mij met gebruik van Google Maps op paralelweggetjes zuidelijk laat rijden. Dan begin ik de lange trek naar Orlando. Weliswaar maar 75 kilometer, maar helaas 30 kilometer daarvan stilstaan en optrekken. Onderwijl wordt de regen hoosbuien en rukwinden. De files zijn mede ontstaan door de talloze ongelukken (voornamelijk blikschades) die op deze 4-baans 528 zijn ontstaan. Het is zo druk op de weg, dat de tolpoorten zijn gesloten om de file niet nog langer te maken. Dat valt dan weer mee.
De radio vertelt me dat de Interstate 4 vast staat in Orlando. Ik had niet anders verwacht, want het is inmiddels avondspits. Ik neem dus de afslag net voor de I4 en rijdt langs Seaworld, onder de I4 door richting Walt Disney World. Dat gaat soepel en ik ben zo in het hotel.

Moe maar voldaan ga ik om 8 uur naar bed. Ik ben blij dat ik er bij heb mogen zijn.
Nu op naar de volgende lancering, want lanceringen komen er, van Falcon 9 en andere human rated rockets. Kennedy Space Center gaat niet dicht. Met de plannen voor het ISS gebruik in voorbereiding van bemande reizen naar Mars zullen er lanceringen blijven vanaf hier.
Zoals Buzz zou zeggen (Lightyear niet Aldrin) ‘to Infinity and beyond’.

Wordt vervolgd.